Wil jij de biodiversiteit in jouw tuin een handje helpen? Want zeg nou zelf wie houdt er nou niet van zingende vogels, fladderende vlinders en zoemende bijen in de tuin? Ben je benieuwd hoe je de biodiversiteit in jouw omgeving kan vergroten? Lees dan onze 6 tips voor een diervriendelijke tuin!
1. Een heg in plaats van een schutting
Neem een heg in plaats van een schutting. Een heg biedt dieren enerzijds voedsel (bessen en insecten) maar ook schuil en nestmogelijkheden. De keuze voor prachtige inheemse heggen is reuze: wat dacht je bijvoorbeeld van een heg van Spaanse aak, (haag)beuk of meidoorn? Wil je echt een uniek element in jouw tuin kies dan voor een gemengde heg waar ook klimplanten als egelantier, bosroos of kamperfoelie in staan, of ga zelfs voor een vlechtheg.
2. Neem een vijver
Een vijver aanleggen is waarschijnlijk de allerbeste manier om de biodiversiteit in jouw tuin te verhogen. Een kleine vijver heeft al zeker een positief effect, maar hoe groter hoe beter. Ook heeft het ontwerp van je vijver invloed op het effect dat hij heeft. Zo zijn natuurlijke oevers veel beter dan steile rechte wanden, en zijn verschillende dieptes ook een pluspunt. Afhankelijk van de grootte van je tuin kun je kiezen voor een kleine of een grote (natuur)vijver. Vijvers hebben nauwelijks onderhoud nodig en zijn bovendien prachtig om naar te kijken. De insecten, padden, libellen, kikkers en salamanders zullen je dankbaar zijn! Kijk voordat je begint ook eens bij de lokale gemeente, veel gemeentes hebben namelijk subsidies voor het aanleggen van padden/kikkerpoelen. Door gebruik te maken van een natuurlijke oever, kun je biodiversiteit verder verhogen wanneer je gebruik maakt van inheemse oeverplanten, denk bijvoorbeeld aan poelruit, penningkruid, zenegroen, echte koekoeksbloem, pinksterbloem, polei, grote engelwortel, lange ereprijs, wolfspoot of wilde bertram. Kijk ook eens bij onze speciaal samengestelde inheemse tuinpakket ‘Rijke Oevers’.
3. Gebruik inheemse bomen en struiken
Inheemse bomen en struiken zijn ontzettend belangrijk voor insecten, vogels en vlinders. Qua bomen kun je bijvoorbeeld denken aan zoete kers, veldesdoorn, eik en de verschillende soorten wilg. Wist je dat vogels vaak een sterke voorkeur hebben voor bepaalde soorten inheemse bomen? Een goed voorbeeld hiervan zijn steenuilen. Deze kleine uiltjes komen in Nederland vooral voor in kleinschalig cultuurlandschap en broeden daar vaak in de holen die ontstaan in oude knotwilgen. Helaas worden er nog altijd veel van dit soort oude bomen verwijderd, in die gevallen kun je steenuilen helpen door het plaatsen van een nestkast op een rustige plek. De natuurlijke holtes in knotwilgen zijn ook belangrijk voor andere vogels, zoals ringmus en holenduif. Van alle inheemse bomen schijnen wilgen de hoogste diversiteit aan insecten aan te trekken. Dit is goed nieuws voor onder andere zwaluwen, mezen en kleine zangvogels die zich hier mee voeden. Ook inheemse struiken zijn heel goed in de tuin omdat ze bijvoorbeeld bessen of noten leveren. Denk bijvoorbeeld aan rode kornoelje, Gelderse roos, vlierbes, sporkehout, sleedoorn en hazelaar. Om nog even terug te komen op de steenuilen: deze zijn ook te helpen door het planten van hazelaars. De hazelnoten zorgen namelijk voor voedsel voor muizen, en die vormen op hun beurt weer voedsel voor de uilen. Inheemse bomen en struiken (zoals wilg en sleedoorn) bloeien al vroeg in het jaar en bieden daarmee voedsel voor bijen in een periode dat er verder nog maar weinig voor ze te vinden is.
4. Kies inheemse bloemen en planten; vermijd sierplanten
Heel veel insectensoorten, denk aan bijen, vinders, zweefvliegen en sommige kevers, zijn afhankelijk van de aanwezigheid van bloemen. Hoe meer verschillende soorten inheemse bloemen je hebt, hoe groter de biodiversiteit zal zijn. Kies voor een mix van soorten die verspreid over het jaar bloeien. Zo kun jij bijna het hele jaar genieten van mooie bloemen, en vinden de insecten ook een gedekte tafel. Inheemse planten verhogen de biodiversiteit in jouw tuin. Veel bijen, vlinders en vogels zijn namelijk afhankelijk van deze planten. Veel vlinders leggen ook uitsluitend hun eieren op een bepaalde plant (waardplant). Bekende voorbeelden zijn de grote pimpernel en het zeer zeldzame pimpernelblauwtje, de pinksterbloem en het oranje tipje en de gewone rolklaver voor onder andere het Icarusblauwtje, een van onze favoriete vlinders in de tuin. Om makkelijker te kunnen kiezen verkopen wij naast losse planten ook speciaal samengestelde inheemse tuinpakketten; zo is er voor elk stukje grond een mooie selectie aan inheemse planten. Kijk maar eens bij onze pakketten voor in de schaduw, zon, of waterkant.
Hortensia’s kunnen mooi zijn om naar te kijken maar deze sierbloemen bevatten helaas geen stuifmeel of nectar. Ze dragen daardoor nauwelijks toe aan de biodiversiteit (hoewel egels er wel een mooi schuilplekje onder kunnen vinden). Door gebruik te maken van inheemse bloemen en planten zul je veel meer verschillende soorten insecten en vlinders naar je tuin kunnen lokken. Qua vlinders en inheemse planten is ons record momenteel overigens gevestigd met de grote centaurie (Centaurea scabiosa): maar liefst 12 dagpauwogen tegelijkertijd op één plant!
5. Gebruik geen bestrijdingsmiddelen
Bestrijdingsmiddelen zijn een no-go wanneer je meer biodiversiteit in een tuin wilt. Het gebruik van gif tegen planten of plaagdieren heeft namelijk schadelijke gevolgen voor de gehele voedselketen. Niet alleen de kleinste dieren en planten sterven, maar ook de soorten die verderop in de voedselketen staan. Bestrijdingsmiddelen zijn bovendien niet nodig wanneer een tuin divers en in balans is. Hoe meer diversiteit aan planten en dieren, hoe weerbaarder een tuin wordt. Invasieve plaaginsecten zoals buxusmot en eikenprocessierups maken veel minder kans wanneer er voldoende natuurlijke vijanden zijn.
6. Leg takkenwallen aan
Wij zijn groot fan van takkenwallen (ook wel takkenril genoemd) in de tuin; we hebben er dan ook een heel aantal aangelegd! Ten eerste is een takkenwal ontzettend praktisch want al je snoeihout en kaphout kan op de takkenhoop. Op deze manier blijft de voeding dus in je tuin, en dat is een duurzamere oplossing dan wanneer je al je snoeiafval op laat halen door de gemeente. Daarnaast kunnen in een takkenwal talloze dieren schuilen, broeden en overwinteren. Denk bijvoorbeeld aan broedende winterkoninkjes of merels, schuilende egels, en overwinterende kikkers en salamanders.
Hoe meer diverse hoekjes je in de tuin hebt, hoe groter de biodiversiteit in de tuin zal worden. Denk hierbij aan takken en steenhopen voor schuilplaatsen, water elementen voor insecten en vogels, dichte struiken voor broedgelegenheid, of juist bes-dragende struiken voor voedsel, grasvlaktes voor lijster, merel en groene specht, etc. Hoe meer variatie, hoe meer planten en diersoorten een geschikte leefomgeving in jouw tuin kunnen vinden. Kies voor zo min mogelijk tegels en maak er een sport om jouw tuin steeds meer diversiteit te geven.
Heeft u een vraag opmerking of suggestie? Laat wat van u horen via info@inhemia.nl